Succesvol aanpassen is regie op risicobeheersing

De enige constante in onze samenleving is verandering. De geleidelijke verandering van een verzorgingsstaat naar een participatiemaatschappij en daarbij de decentralisatie van overheidstaken op het gebied van ondersteuning, participatie en jeugd. De voortdurende digitalisering van de samenleving die roept om een andere dienstverlening. Dit zijn voorbeelden van veranderingen die vragen om aanpassingen. Telkens weer. Succesvol aanpassen aan de nieuwe werkelijkheid is noodzakelijk om te overleven. Maar hoe succesvol is het (organisatorisch-) aanpassingsvermogen van overheidsorganisaties nu eigenlijk?

“It is not the most intellectual of the species that survives; it is not the strongest that survives; but the species that survives is the one that is able to adapt to and to adjust best to the changing environment in which it finds itself” (Megginson,1963)

 Het primaire doel van een overheidsorganisatie is de gemeenschap zo optimaal mogelijk te dienen. Als de overheid uitstekend functioneert en de verschillende actoren zoals de gemeenschap dit functioneren positief beoordelen beschikt de overheid over een gezond publieke waarde creërend proces. Waarom regelt een overheidsorganisatie iets? Voor wie? Doe je het goed? Kan het beter?

Succesvol aanpassen heeft binnen deze context dus betrekking op het aanpassingsvermogen van de overheidsorganisatie om optimale resultaten te blijven behalen ten gunste van de gemeenschap. Binnen een speelveld van steeds sneller veranderende interne- en externe omstandigheden. Het effectief- en efficiënt aanpassen van de organisatie aan alsmaar veranderende omstandigheden en behoeften van de gemeenschap vraagt om focus op een lerende overheidsorganisatie. Daarom is het noodzakelijk dat het nut en de urgentie van uitstekende publieke waarde direct geadresseerd wordt bij de verantwoordelijke publieke bestuurder. De verantwoordelijke kan beleid, strategie, en uitvoering daarop aanpassen en met elkaar in lijn brengen. Het is daarbij van fundamenteel belang dat de bestuurder weet, welke organisatiekarakteristieken zoals b.v. publieke waardecreatie, kwaliteit van management, continue verbeteren, etc. van doorslaggevend belang zijn die de organisatie succesvol laten aanpassen en publieke waardecreatie mogelijk maken. Kent de verantwoordelijke publiek bestuurder deze karakteristieken niet, dan lopen organisatie en gemeenschap daarmee een aanzienlijk risico. Een groot aanpassingsvermogen, snel inspringen en reageren op veranderingen, zorgt dat de samenleving door de overheid goed bediend wordt en dit verkleint de risico’s. Het zorgt voor risicobeheersing. Anders voert de overheid wellicht taken uit waar de burgers niet op zitten te wachten of die niet van publiek belang zijn. Het is daarom noodzakelijk dat de publieke bestuurder uitermate geïnteresseerd is,  in de karakteristieken die optimale publieke waardecreatie mogelijk maken met een zo minimaal mogelijk risico op waardevermindering of kapitaalvernietiging in het nadeel van de gemeenschap.

Met deze karakteristieken verkrijgt de bestuurder in eerste instantie inzicht in de doorslaggevende randvoorwaarden die de organisatie succesvol maken en komt ook informatie beschikbaar die in kaart brengt hoe men professioneel en vakkundig het beleid kan interpreteren en hoe de overheid vervolgens inhoudelijk kan bijsturen. Deze informatie kan effectief worden ingezet en omgezet naar gemeenschappelijke kennis ten gunste van burger, bestuurder en organisatie, zodat participatie, samenwerking, en co-creatie op gang komen en worden gestimuleerd.

Met deze kennis wordt het voor de bestuurder mogelijk om de regie te voeren m.b.t:

  1. Ontsluiten van publieke waardecreatie door het participatieproces met de gemeenschap.
  2. Besturing van deze doelen en risicobeheersing door goed openbaar bestuur.
  3. Het aanpassings- en prestatievermogen van de overheidsorganisatie te vergroten door te leren excelleren.
  4. Optimale resultaten behalen ten gunste van de gemeenschap.

Met de kennis uit de karakteristieken, deze worden in kaart gebracht door onderzoek, wordt dus integraal leervermogen verkregen zodat de organisatie kan excelleren in het publieke waarde creërende proces. Het wordt voor de organisatie op deze manier mogelijk om zich optimaal aan te passen aan de veranderende omstandigheden waarin deze zich bevindt.